Hoe een topstuk boven water kwam

Op 4 april jl. overleed Eveline Pfundt-Doorn (1931-2023), een toegewijd en actief verpleegkundige. Zij heeft onbewust een belangrijke rol gespeeld bij de vondst van het beroemdste topstuk uit de verpleegkundige geschiedenis: de pop van wijkverpleegster Antje Stieltjes.

Wat was het geval? In oktober 2003 hield ik als directeur van het Florence Nightingale Instituut, nu precies 20 jaar geleden, een lezing op de Vriendendag over een totaal onbekende wijkverpleegster. Niemand had ooit gehoord van zuster Antje Stieltjes (1866-1931). Maar dat zou veranderen.

Wijkverpleegster Antje Stieltjes, rechts

Emma en Wilhelmina

In mijn lezing stond de Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid centraal, een gebeurtenis die plaatsvond in 1898 in Den Haag. Het was een evenement dat de gemoederen in heel Nederland maandenlang bezighield. Honderden bezoekers, vooral vrouwen, bezochten de congressen, de lezingen en de tentoonstellingen die georganiseerd waren. Bij al die evenementen draaide het om het concrete werk van vrouwen. Waar werkten vrouwen allemaal in 1898 en welk aandeel hadden ze in de economie van Nederland? Natuurlijk waren er ook lezingen en exposities over de verpleging, een vrouwenberoep bij uitstek in die tijd. Aanleiding voor de tentoonstelling was de kroning van Wilhelmina tot koningin, een vrouw dus. Samen met haar moeder Emma bezocht ze de Tentoonstelling op 29 augustus, een week voor haar kroning. Terwijl de hoogheden uit de koets stapten, speelde de dameskapel het Wilhelmus. Wilhelmina en Emma had in totaal 18 medailles beschikbaar gesteld aan de organisatie, waarvan 2 gouden, 6 zilveren en de rest bronzen medailles. De meest originele inzending van vrouwenarbeid kon meedingen naar een medaille. Vanuit het hele land stuurden vrouwen producten in: zelfgemaakte kaarsen, borduurwerkjes, boekjes, knip- en naaiwerk. Van al die objecten was, zo dachten historici bij het 100-jarig jubileum van de tentoonstelling in 1998, niets meer bewaard gebleven. Tot dit gebeurde.

Antje, een wijkverpleegster uit Deventer

Antje Stieljes ca.1898

In het kader van dat jubileum was ik in 1998, 100 jaar later dus, gevraagd mee te werken aan een gedenkboek over die tentoonstelling. Het boek “Gezond en wel. Vrouwen en de zorg voor gezondheid in de twintigste eeuw” was het resultaat. Tijdens het archiefonderzoek voor mijn bijdrage aan de bundel was ik gestuit op een voor mij onbekende zuster, Antje Stieltjes (1866-1931). Uit de stukken bleek al snel dat zij een zilveren medaille had gewonnen. Werkzaam als wijkverpleegster in de omgeving van Deventer had zij voor arbeiders met eczeem een speciaal verband ontwikkeld, het zg. Werkmansverband. Dat verband was zo’n succes, dat zij besloot mee te doen aan de wedstrijd die in 1898 door de organisatie van de Tentoonstelling was uitgeschreven. Ze kocht een klein popje (een Kate Krusepopje voor de liefhebbers) en verbond dat met het door haar zelf bedachte verband, precies zoals ze deed met haar patiënten. Ze stuurde het popje vervolgens in een schoenendoos naar de organisatie van de Tentoonstelling.(Later las ik ergens dat ze een tweede popje op dezelfde manier naar Groot-Brittannië had gestuurd). Met haar inzending won Antje Stieltjes de zilveren medaille. En dat was voor een eenvoudige wijkverpleegster uit Deventer in 1898 een hele gebeurtenis.

De schoenendoos die op tafel stond

Een popje in een schoenendoos

Tijdens mijn lezing voor de Vriendendag zaten ook Eveline Pfundt en haar man Rob in de zaal, beiden trouwe vrienden van het Florence Nightingale Instituut. Zoals altijd waren ze al vroeg van de partij. Enkele weken later belde Eveline me op. Ze vertelde dat ik spoorslags naar Prinsenbeek bij Breda moest gaan om daar een bezoek af te leggen bij een oude dame, Johanna Hulshoff van Weteringen. Ik moest me melden bij de wijkverpleegkundige aldaar. Bij een boerderijtje aangekomen volgde ik de wijkverpleegkundige naar binnen. In het schemer zat een oude dame in een ouderwetse leunstoel. We maakten kennis en dronken een kopje thee. Ik had geen idee wat me wachten stond. De oude dame vroeg me: “Ben jij de auteur van dat artikel over zuster Antje Stieltjes?” Ja, zo’n artikel had ik inderdaad geschreven in de bundel over de 100-jarige herdenking van de Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid. Tot mijn verbazing had de broze dame een schoenendoos op tafel staan. “Kijk maar eens wat er in zit” zei ze. Toen ik de deksel oplichtte, herkende ik het meteen. Daar lag het popje van zuster Stieltjes in het Werkmansverband, helemaal gaaf, samen met de zilveren medaille in een rond houten doosje, de oorkonde en enkele foto’s, alles authentiek uit 1898.

Het popje in Werkmansverband

De zilveren medaille met inscriptie in houten doosje met schroefdeksel

Minutenlang keek ik met kippenvel naar deze vondst. De dame vertelde me, dat ze de stiefdochter van Antje Stieltjes was, door haar geadopteerd in 1905. Gelukkig kon ik haar heel veel vertellen over mijn archiefonderzoek naar Antje Stieltjes en wat ik allemaal over haar had gevonden. Bij mijn vertrek vertelde de dame dat ze zo blij was dat zuster Stieltjes door mijn onderzoek niet vergeten was. Ze wist nu eindelijk wat er in die schoenendoos op zolder zat. We namen ontroerd afscheid van elkaar en de schoenendoos werd weer veilig opgeborgen. Korte tijd later kreeg ik via Eveline Pfundt bericht van het overlijden van Johanna Hulshof. En wat bleek, ze had het popje, de medaille, de oorkonde en de foto’s in haar testament vermaakt aan het Florence Nightingale Instituut. Eveline en Rob kwamen deze unieke objecten zelf brengen, waarbij ze mij ook nog meer konden vertellen over Johanna Hulshof. Behalve het popje en de medaille bevatte de schenking ook een heel vroeg ovaal portret van Antje Stieltjes, zie foto links.

Eveline Pfundt, 2012. 
Foto: Evert Doorn Fotografie

Verpleegkundige Eveline Pfundt (1931-2023)

Dankzij de oplettendheid van Eveline Pfundt is de verpleegkundige beroepsgroep in bezit gekomen van enkele unieke objecten uit de vroegste geschiedenis van de wijkverpleging. Wat mogen we Eveline Pfundt dankbaar zijn voor dit mooie geschenk. Rust zacht, lieve Eveline!

 

 

Verder lezen

‘Gezond en wel. Vrouwen en de zorg voor gezondheid in de twintigste eeuw’ door Rineke van Daalen en Marijke Gijswijt-Hofstra (red.) (AUP, 1998)

‘De verpleegster zij in eerste plaats vrouw van karakter. Ziekenverpleging als vrouwenzaak, 1898-1998’ door Nannie Wiegman in ‘Gezond en wel’ (1998)

‘Feministische Openbaarheid. De Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid in 1898’ door Maria Grever en Berteke Waaldijk (IISG/IIAV, 1998)